Acts 15:29
67) hetgeen den afgoden
Zie hiervan 1 Cor. 8, door het gehele hoofdstuk.
68) weldoen.
Of, welvaren.
69) Vaart wel.
Grieks zij, of wordt gesterkt. Een wijze van spreken bij de
Grieken gebruikelijk in het sluiten van de brieven. Zie Hand.
23:30.
Ac 23.30