Acts 26:7
8) Tot dewelke Namelijk hoop, dat is gehoopte zaak, of belofte, dat is beloofde zaak. 9) onze twaalf Namelijk de godvruchtige Joden uit de twaalf geslachten Israls, niet alleen in Judea woonachtig, maar ook door de gehele wereld verstrooid; Jak. 1:1. Jas 1.1 10) geduriglijk Grieks in gedurigheid, of in vurigheid. 11) verhopen te Welke hoop namelijk in zichzelve wel goed is, maar hierin gebrekkelijk, dat zij nog hopen of verwachten hetgeen in Christus Jezus alrede is vervuld. 12) over welke hoop Dat is, over de vervulling van welke hoop, enz. Waarin ook de hoop der opstanding der doden en vooral van den Messias is begrepen; hetwelk hij zonder twijfel uit de Schriften der profeten had bewezen, gelijk hij doet Hand. 13:33, en vervolgens; gelijk de navolgende reden van Paulus verklaart. Ac 13.33Acts 26:27
37) gelooft. Dat is, voor waarachtig en voor Gods Woord houdt.
Copyright information for
DutKant