Acts 9:3

6) omscheen snellijk

Grieks ombliksemde, of omstraalde.

1 Corinthians 15:8

20) van een ontijdig-geborene,

De apostel vergelijkt zichzelf hierbij, ten aanzien van zijn plotselinge en onverwachte bekering en beroeping, die beschreven wordt Hand. 9, en geschied is nadat de Heere Christus ten hemel gevaren was, en omdat hij Christus tevoren had vervolgd.

2 Timothy 3:15

54) van kinds af de

Namelijk van uwe grootmoeder en moeder in de Schrift geoefend zijnde. Zie 2 Tim. 1:5.

2Ti 1.5

55) heilige Schriften geweten

Namelijk met welke mijne leer volkomen overeenkomt, en waaruit deze genomen is en bevestigd wordt. Zie Hand. 26:22.

Ac 26.22

56) wijs kunnen maken

Of onderwijzen; dat is, u kunnen leren als de wijsheid, die den mensen nodig is te weten, om tot de zaligheid te komen.

Copyright information for DutKant