Acts 9:7

12) de mannen,

Dezen schijnen geweest te zijn die Paulus van de overpriesters medegegeven waren om de gevangen Christenen in bewaring naar Jeruzalem te brengen, gelijk gezegd is Hand. 9:2.

Ac 9.2

13) verbaasd,

Of, verstomd; namelijk nadat zij weder opgestaan waren; want zij zijn ook met Paulus ter aarde nedergeslagen geweest; Hand. 26:14.

Ac 26.14

14) horende wel

Sommigen nemen dit voor de stem van Paulus, waar hij Christus mede antwoordde, omdat Hand. 22:9 gezegd wordt dat degenen, die in het gezelschap van Paulus waren, de stem desgenen, die met hem sprak, niet hoorden. Anderen verenigen dit alzo, dat hier ook wel van de stem van Christus gesproken wordt, doch alleen van een gehoor des geluids, zonder verstand van de woorden; maar Hand. 22:9 van een bescheidelijk gehoor en verstand der woorden; dergelijk voorbeeld is Joh. 12:29, in de stem, die uit den hemel tot Christus sprak, daar sommige deze gehoord hebben met verstand der woorden, sommigen het geluid alleen, zonder verstand der woorden.

Ac 22.9,9 Joh 12.29
Copyright information for DutKant