Deuteronomy 1:38

64) voor uw aangezicht staat,

Dat is, die steeds bij en omtrent u is, om u te dienen, die op u past. Vergelijk 1 Kon. 1:2; Dan. 1:5,19.

1Ki 1.2 Da 1.5,19

65) Isra‰l doen erven.

Dat is, hij zal niet alleen in het land Kana„n komen, maar ook in uw plaats na uw overlijden gesteld worden; daarom onderwijs, vermaan en sterk hem, om hem tot dat hoge ambt te bereiden.

Psalms 134:1

1) lied Hamma„loth,

Gelijk Ps. 120:1.

Ps 120.1

2) gij knechten

Versta hier door de knechten des Heeren voornamelijk de priesters en Levieten, wier ambt was ook bij nacht te staan en te dienen voor den Heere. Zie Exod. 27:21; Lev. 8:35; 1 Sam. 3:3; 1 Kron. 9:33.

Ex 27.21 Le 8.35 1Sa 3.3 1Ch 9.33

3) allen nacht

Hebr. in de nachten; dat is, allen nacht.

4) in het huis des

Te weten, om de wacht in den tempel en de voorhoven van denzelven te houden, achtervolgens Gods wet. Zie Lev. 8:32; Num. 1:53; 1 Sam. 3:3; 1 Kron. 9:33.

Le 8.32 Nu 1.53 1Sa 3.3 1Ch 9.33

5) staat.

staan voor dienen wordt meermalen in de Heilige Schrift gebruikt. 2 Kon. 25:8 staat een dienaar des konings; jer. 52:12: een die voor den koning stond.

2Ki 25.8 Jer 52.12
Copyright information for DutKant