Deuteronomy 10:16

19) Besnijdt dan de voorhuid uws harten,

Dat is, doet uit uw hart weg alles, dat tegen den heiligen wil des HEEREN strijdt, en kruisigt uw vlees. Vergelijk Jer. 4:4; Rom. 2:28,29; Col. 2:11. Van het verharden der nekken, zie men Exod. 32:9.

Jer 4.4 Ro 2.28,29 Col 2.11 Ex 32.9

Jeremiah 9:25

40) bezoeking

Gelijk Jer. 9:9.

Jer 9.9

41) voorhuid

Hebreeuws, met de voorhuid; dat is, met den onbesnedene [gelijk Rom. 2:26; zie wijders Job 35:13;] over den een met den ander, wil de Heere zeggen; mijn volk, dat besneden is, zowel als de onbesneden heidense nati‰n. Vergelijk onder Jer. 25:17,18,19,20, enz. Sommigen verstaan met, of in de voorhuid; dat is, zodanigen, die wel naar het vlees zijn besneden, maar onbesneden van harte, gelijk in het volgende van Isra‰l gezegd wordt.

Ro 2.26 Job 35.13 Jer 25.17,18,19,20
Copyright information for DutKant