Deuteronomy 15:17

34) steken in zijn oor en in de deur,

Zie hiervan Exod. 21:5,6.

Ex 21.5,6

35) eeuwiglijk uw dienstknecht zijn;

Hebreeuws, en hij zal u een dienstknecht der eeuwigheid zijn; dat is, den gansen tijd zijns levens; alzo Exod. 21:6. Vergelijk Exod. 19:9; 1 Sam. 1:22, enz; Ps. 73:12. Anderen verstaan dit tot het jubeljaar toe.

Ex 21.6 19.9 1Sa 1.22 Ps 73.12

Jeremiah 12:1-2

1) zoudt rechtvaardig

De zin is: Gij zoudt in al uw doen rechtvaardig bevonden worden [gelijk Ps. 51:6], indien ik met U wilde rechten, pleiten of twisten over uwe oordelen, manier of wijze van regering, die Gij onderhoudt met goddelozen en vromen, waarvan in het volgende; vergelijk Ps. 73:2,3, enz.

Ps 51.4 73.2,3

2) ik zal nochtans

Of, laat mij nochtans met U pleiten, of rechten; dat is, mijne klachten U voordragen; vergelijk boven Jer. 4:12. Hebreeuws, oordelen, of rechten met U spreken.

Jer 4.12

3) weg

Dat is, hun voornemen en doen; zie Gen. 6:12. Dit ziet wel in het bijzonder op die van Anathoth, waarvan in Jer. 11, en onder Jer. 12:5 gesproken wordt, maar past ook wijders op andere dergelijken in het algemeen.

Ge 6.12 Jer 12.5
4) gaan voort,

Dat is, schieten op, wassen daarheen, breiden zich uit.

5) dragen zij

Hebreeuws, maken zij; zie Ps. 1:3, en Hos. 8:7.

Ps 1.3 Ho 8.7

6) nabij

Zij spreken en roemen van U. Zie Jes. 29:13; Matth. 15:8.

Isa 29.13 Mt 15.8

7) nieren.

Zie boven Jer. 11:20.

Jer 11.20

John 14:27

54) Vrede laat Ik

Dat is, een ware en vaste gerustheid des gemoeds in God, ontstaande uit ene verzekerdheid van de vergeving uwer zonden.

55) Mijn vrede geef

Dat is, die Ik door mijn dood en opstanding u zal verwerven en toebrengen; Rom. 5:1.

Ro 5.1

56) ontroerd en zij

Namelijk over mijn weggaan.

Copyright information for DutKant