Deuteronomy 16:5-7
9) poorten, Dat is, binnen een uwer steden of woonplaatsen. 10) aan de plaats, Anders, [reizende] naar de plaats, enz., aldaar zult gij, enz. 11) zon ondergaat, Zie Exod. 12:6; 2 Kron. 35:14. Ex 12.6 2Ch 35.14 12) ter bestemder tijd Dat is, juist, of even op dien tijd, toen gij uit Egypte uittoogt, op den veertienden dag der maand Abib; Exod. 13:3,4. Ex 13.3,4 13) koken en eten in de plaats, Dat is, braden. Zie Exod. 12:9; 2 Kron. 35:13. Ex 12.9 2Ch 35.13 14) daarna zult gij u des morgens keren, Als het feest over is, hetwelk zeven dagen duurde. 15) tenten. Versta, woningen of huizen, zoals die dan zouden zijn.
Copyright information for
DutKant