Deuteronomy 18:18

22) mond geven,

Vergelijk deze manier van spreken met Exod. 4:15; onder, Deut. 31:19; 2 Sam. 14:3; Ps. 40:4; Jer. 1:9, en Jer. 5:14, hoewel er een groot onderscheid is tussen dit werk van God aan Jezus Christus persoon en den dienst zijner knechten, of het doen van andere mensen.

Ex 4.15 De 31.19 2Sa 14.3 Ps 40.3 Jer 1.9 5.14

Jeremiah 5:14

30) heirscharen,

Zie 1 Kon. 18:15.

1Ki 18.15

31) uw mond

Dit spreekt God tot Jeremia.

32) maken,

Hebreeuws, geven. Vergelijk boven Jer. 1:9,10, alwaar God ook zijn eigen werk den profeet toeschrijft, omdat Hij het woord van zijnen dienaar wilde bekrachtigen. Zie aldaar Jer. 5:10.

Jer 1.9,10 5.10
Copyright information for DutKant