Deuteronomy 20:5

1) Wie is de man,

Dat is, degene, die een nieuw huis gebouwd heeft, enz. Vergelijk 2 Sam. 20:11; 2 Kron. 36:23; Ezra 1:3; Ps. 34:13, enz.

2Sa 20.11 2Ch 36.23 Ezr 1.3 Ps 34.12

2) ingewijd?

Dat is, heeft het niet begonnen te bewonen; tot welk einde de inwijding door gebeden en dankzeggingen geschiedde. Vergelijk Ps. 30:1, en Neh. 12:27, enz.

Ps 30.1 Ne 12.27
Copyright information for DutKant