Deuteronomy 27:15

9) een gruwel des HEEREN,

Zie boven, Deut. 17:1.

De 17.1

10) zal maken,

Of, al zou hij het in het verborgen zetten.

11) Amen.

Zie Num. 5:22.

Nu 5.22

Nehemiah 10:29

9) voortreffelijken

Of, aanzienlijken, groten, die gesteld waren om dit verbond te zegelen uit naam der gemeente; zie Ps. 8:2.

Ps 8.1

10) vloek

Dat is, begaven zich mede in dit verbond, dat bevestigd werd met een eed en vervloeking hunner personen, indien zij dit verbond zouden komen te overtreden. Zie Deut. 29:12,14,19, en vergelijk Joz. 24:25; 2 Kon. 23:3; 2 Kron. 15:12.

De 29.12,14,19 Jos 24.25 2Ki 23.3 2Ch 15.12
Copyright information for DutKant