Deuteronomy 28:20

16) de verstoring en het verderf,

De zin is, dat al uw aanslagen verstoord en bedorven, of verhinderd en teruggezet zullen worden.

Matthew 24:2

3) niet [een] steen op den [anderen] steen gelaten worden,

Grieks, steen op steen niet gelaten worden.

4) afgebroken zal worden.

Grieks, losgemaakt.

Luke 19:44

40) kinderen in u;

Dat is, inwoners, gelijk Matth. 23:37.

Mt 23.37

41) den tijd uwer bezoeking niet bekend hebt.

Namelijk in welke u door de predikatie des Evangelies de genade Gods nu wordt aangeboden.

Copyright information for DutKant