Deuteronomy 4:37

46) hun zaad na hen

Hebreeuws, zijn zaad na hem; dat is, een ieders zaad na hem.

47) voor Zijn aangezicht

Anders, met zijn aangezicht; dat is, tegenwoordigheid zonderling betonende door de wolkkolom en de vuurkolom, en u steeds als onder zijn ogen hebbende, om u overal te geleiden. Vergelijk Exod. 13:21, en Exod. 14:19,20.

Ex 13.21 14.19,20

Deuteronomy 7:6

6) heilig volk den HEERE,

Dat is, een volk, uit alle volken van God afgezonderd en Hem toege‰igend, opdat Hij u, naar luid der beloften zijns verbonds, zegene en gij in zijn geboden heiliglijk [gelijk Hij, uw bondsgenoot, heilig is] volgens uw verbondsbeloften wandelt. Zie onder, Deut. 28:9; 1 Petr. 2:9.

De 28.9 1Pe 2.9

Deuteronomy 14:2

3) op den aardbodem zijn.

Hebreeuws, op het aangezicht des aardbodems.

Deuteronomy 26:18

Copyright information for DutKant