Ecclesiastes 2:18-19

51) Ik haatte ook al

Dat is, ik heb er een weerzin in gehad, te weten, lettende op de ijdelheid der rijkdommen en de vergadering der dingen, die men met zo grote moeite verkrijgt, en inzonderheid ten aanzien van de onzekerheid welken erfgenaam men hebben zal.

52) mijn arbeid,

Dat is, mijn goed, dat ik met mijn arbeid verkregen en samengebracht had.

53) die na mij wezen zal

Dat is, die mij in het rijk zal navolgen.

54) wie weet,

Rehabeam, de zoon en opvolger van Salomo, heeft door zijne dwaasheid en onvoorzichtigheid het grootste deel van zijn koninkrijk verloren; 1 Kon. 12. Men kan enigermate uit dit vers afnemen dat Salomo wel gewerkt heeft, dat zich Rehabeam niet wel zou aanstellen in de regering van het rijk.

55) over al mijn arbeid,

Dat is, over al de goederen en voortreffelijke grote dingen, die ik met veel moeite verworven en vergaderd heb.

Copyright information for DutKant