Ephesians 3:17-19

38) in uw harten

Dat is, geduriglijk met Zijne werkingen blijve, gelijk Joh. 6:56, en Joh. 14:23.

Joh 6.56 14.23

39) de liefde

Namelijk tegen God en uwen naaste, welke een onderscheidelijke vrucht en metgezel des geloofs is; 1 Cor. 13:1; Gal. 5:6. Anderen nemen het voor de liefde waarmede ons God liefheeft.

1Co 13.1 Ga 5.6

40) geworteld

Dat is, bevestigd zijt, gesterkt zijt.

41) de breedte,

Dat is, de uitnemende waardigheid en ondoorgrondelijkheid van het werk onzer verlossing door Christus; ene gelijkenis, genomen van den landmeters, die, om enig werk of gebouw volkomenlijk te kennen, deze zaken plegen af te meten en bijeen te overleggen.

42) de kennis

Namelijk van alle natuurlijke mensen, die wij alleen door den Geest van Christus, naar de mate der gave van Christus, hier kunnen bekennen, zoveel ons nodig is ter zaligheid, maar hiernamaals eerst ten volle begrijpen zullen. Zie 1 Cor. 2:9, enz. en 1 Cor. 13:9, enz.

1Co 2.9 13.9

43) de volheid Gods.

Dat is, der kennis en der werking Gods, niet waarmede God vervuld is, maar die Hij ons hier wil mededelen. Zie Ef. 4:12,13.

Eph 4.12,13
Copyright information for DutKant