Exodus 10:13

15) een oostenwind in dat land,

Die in die landen zeer sterk waait, zodat hij grote schepen in stukken breekt. Zie Exod. 14:21; Num. 11:31; Ps. 48:8.

Ex 14.21 Nu 11.31 Ps 48.7

Job 27:21

39) oostenwind

Hij vergelijkt bij dezen wind [die in die landen zeer fel, geweldig en schadelijk was] de gramschap Gods; zie Exod. 10:13.

Ex 10.13

40) uit zijn plaats.

Dat is, uit zijn aanzien, huis, rijkdom, gemak en waardigheid. Vergelijk boven, Job 8:18.

Job 8.18

Hosea 13:15

50) hij zal vrucht voortbrengen

Efra‹m, hoe ongezien en ongelooflijk het nu schijnt te zijn, zal nochtans in mijne kerk geplant zijnde, als een goede boom, nog goede vruchten voortbrengen, dat is, boetvaardig en gelovig geworden zijnde, goede werken doen. Zie Matth. 3:8, enz. Deze belofte slaat zeer aardiglijk op de gelijkheid van het Hebreeuwse woord Jafri, dat is, hij zal vrucht dragen, of vruchtbaar maken, en van den naam Efra‹m. Hij, [de Messias, Efra‹ms Verlosser, van wien in het voorgaande gesproken is] Hij zal [hem] [Efra‹m] vruchtbaar maken. Verstaande ook wijders het volgende tot aan het einde van Hos. 13: van Christus' geweld en macht tegen zijne en zijner kerke voorzeide vijanden.

Mt 3.8

51) een

Hier keert de profeet weder tot de strafpredikatie. Vergelijk boven Hos. 12:12.

Ho 12.11

52) oostenwind komen,

Versta, den Assyri‰r, of de verwoesting, die hij zou aanrichten. Vergelijk Ezech. 19:12, en boven Hos. 4:19, en Hos. 12:2.

Eze 19.12 Ho 4.19 12.1

53) des HEEREN,

Dien de Heere door zijn rechtvaardig oordeel tot Efra‹ms straf verwekken zal, om hem te verstrooien, totdat hen Christus weder vergadere.

54) uit de woestijn;

En dienvolgens geweldig, onverhinderd en glad doorgaande.

55) zijn springader zal uitdrogen;

Van Efra‹m, en van de andere stammen, die zijn kwaad voorbeeld navolgden.

56) die zal den schat

Dat is, van al zijn vermogen en rijkdom, dien hij door Gods zegen heeft, zal hij beroofd worden, gelijk in het volgende verklaard wordt.

57) die zal den schat

Te weten, wind, dat is, de vijand, de Assyri‰r, die bij dien oostenwind vergeleken is.

58) gewenste

Gelijk Nah. 2:9.

Na 2.9

59) huisraad roven.

Van het Hebreeuwse woord, zie Lev. 15:4, en Ezech. 16:17.

Le 15.4 Eze 16.17
Copyright information for DutKant