Exodus 12:2

2) Deze zelfde maand

Bij de Hebre‰n genoemd Abib, Exod. 13:4; anders genaamd Nisan; Neh. 2:1; Esth. 3:7.

Ex 13.4 Ne 2.1 Es 3.7

3) het hoofd der maanden zijn;

Dat is, het begin; alzo staat er Ezech. 40:1, het hoofd des jaars; dat is, het begin des jaars.

Eze 40.1

4) de eerste van de maanden des jaars zijn.

Dat is te verstaan van kerkelijke zaken, maar in politieke zaken begon het jaar met de zevende maand. Zie Exod. 34:22, en Lev. 25:9.

Ex 34.22 Le 25.9

Exodus 13:4

6) in de maand Abib.

Deze maand valt ten dele in Maart, ten deel in April, wanneer in de lente de dagen en nachten even lang zijn. Het Hebreeuwse woord Abib betekent een groene aar, waarvan deze maand haar naam heeft, overmits in dezelve het gezaaide, daar te lande, groene aren kreeg.

Deuteronomy 1:3

10) veertigste jaar,

Na den uittocht uit Egypte, niet lang voor Mozes' dood, Num. 33:38.

Nu 33.38

11) elfde maand,

Namelijk, Sebat; Zach. 1:7. Passende voor een deel op Januari, voor een deel op Februari, wanneer het begin des jaars genomen wordt van de eerste maand des kerkelijken jaars, genoemd Abib of Nisan; zie Exod. 12:2, en Exod. 13:4; Neh. 2:1; Esth. 3:7.

Zec 1.7 Ex 12.2 13.4 Ne 2.1 Es 3.7

12) aan hen bevolen had;

Dat is, om hun aan te zeggen.

Copyright information for DutKant