Exodus 13:21
33) de HEERE toog voor hun aangezicht, Hij wordt Exod. 14:19 genoemd de engel Gods; Hij is geweest de eeuwige Zoon Gods, 1 Cor. 10:9. Ex 14.19 1Co 10.9 34) een wolkkolom, Ps. 105:39 staat, dat deze kolom werd uitgespreid als een deksel, zodat zij den Isralieten een schaduw was voor de hitte van de zon. Ps 105.39 1 Corinthians 10:9
15) verzoeken, Dat is, tergen, of zijne macht in het straffen der ondankbaren in twijfel trekken, gelijk de Israelieten, Num. 21:5, als zij met het manna niet tevreden waren, noch met de wateren, die hun de Heere wonderbaarlijk verleende; en gelijk de Corinthirs, die de maaltijden der afgodendienaren, die vol aanstoot en gevaar waren, liever volgden dan den eenvoudigen kost, dien de Heere hun tehuis verleende. Nu 21.5 16) verzocht hebben, Namelijk Christus, dien hij terstond genoemd had. Want het was de engel des verbonds, de eeuwige Zoon Gods, die hen in de woestijn geleidde, en dien zij tergden. Zie Exod. 14:19, en Exod. 23:20, en Jes. 63:9. Ex 14.19 23.20 Isa 63.9
Copyright information for
DutKant