Exodus 21:3
5) met zijn lijf ingekomen zal zijn, Dat is, hij voor zijn persoon alleen zonder vrouw. 6) een getrouwd man was, Hebreeuws, de heer ener vrouw. Zie Gen. 14:13. Ge 14.13Joel 1:8
14) Kermt, O Jeruzalem. 15) zak omgord is Zie Gen. 37:34. Ge 37.34 16) man van haar jeugd. Dat is, haren bruidegom, of jongen man [gelijk sommigen], die gestorven is terwijl zij met hem in ondertrouw stond, of kort daarna; dat is, rouwt, bitterlijk. Verg. Mal. 2:14,15. Mal 2.14,15
Copyright information for
DutKant