Exodus 25:22

Exodus 33:7

8) de tent,

Anders, een tent. Niet de tent, waar het volk samenkwam, om zijn godsdienst te doen, want deze was nog niet gemaakt, gelijk te zien is Exod. 36, maar deze was Mozes' eigen tent, of een andere, die er eigenlijk toe gemaakt was, opdat Mozes een tijdlang zijn verblijf daarin hebben zou, en het volk tot hem aldaar, totdat het met God mocht verzoend zijn, komen zou.

9) spande [ze] zich buiten het leger,

Omdat God van het leger geweken was, Exod. 33:3, zo wilde ook Mozes daarin niet blijven.

Ex 33.3

10) zocht,

Of, raad vraagde; te weten, door Mozes.

Exodus 40:2

1) gij den tabernakel,

Te weten, gij Mozes, door den dienst der Levieten.

2 Kings 11:12

27) hij des konings zoon

Namelijk, Jojada.

28) getuigenis;

Hetwelk hij hem in de hand gaf, en was het wetboek, waarin God getuigt hoe hij zich in zijne regering moest gedragen. Zie Deut. 17:18.

De 17.18

29) zalfden hem;

Die hun vader naar de gewoonlijke orde in het rijk opvolgden, werden naar sommiger mening, niet gezalfd, maar alleen, die na enige verandering in het regiment of buiten de ordinaire wet, of uit vrees van toekomende zwarigheid, koning werden, gelijk Saul, 1 Sam. 10:1; David, 1 Sam. 16:13; Salomo, 1 Kon. 1:34; Jehu, 2 Kon. 9:6; Joahaz, 2 Kon. 23:30; en hier Joas, die zijn vader opgevolgd is, nadat Athalia het rijk geweldiglijk en tirannelijk aan zich getrokken had.

1Sa 10.1 16.13 1Ki 1.34 2Ki 9.6 23.30

30) klapten

Tot een teken en bewijs der vreugde. Alzo wordt de klapping der handen genomen, Ps. 98:8; Ezech. 25:6; elders voor een teken der droefheid, Ezech. 6:11.

Ps 98.8 Eze 25.6 6.11

2 Chronicles 23:11

25) voort,

Te weten, uit zijn kamer, waarin hij nu zes jaren was verstoken geweest, boven, 2 Kron. 22:11.

2Ch 22.11

26) kroon op,

Een hoofdsieraad der koningen; 2 Sam. 1:10; Ps. 89:40, en Ps. 132:18.

2Sa 1.10 Ps 89.39 132.18

27) getuigenis,

Zie 2 Kon. 11:12.

2Ki 11.12

28) De koning leve!

Vergelijk 1 Sam. 10:24; 1 Kon. 1:39.

1Sa 10.24 1Ki 1.39
Copyright information for DutKant