Exodus 25:27

32) tot plaatsen voor de handbomen,

Hebreeuws, tot huizen.

2 Samuel 15:17

27) verre plaats.

Hebreeuws, in een huis [dat is, plaats] der verheid. De zin is: als zij een stuk wegs van de stad gekomen waren, hielden zij stil, om zich in orde te stellen en alzo over de beek Kidron te gaan.

Proverbs 8:2

3) spits

Hebreeuws, in het hoofd der hoogten. Men kan hierdoor verstaan plaatsen, die verheven zijn geweest, waaruit de leraars aan de gemeente de goede leer en vermaning konden voorhouden. Vergelijk 2 Kron. 24:20; Neh. 8:5; Matth. 10:27; Hand. 22:3.

2Ch 24.20 Ne 8.4 Mt 10.27 Ac 22.3

4) aan den weg,

Versta, des heren straat, door welke vele mensen passeren.

5) ter plaatse,

Hebreeuws, [in, of op] het huis der paden, of stegen; dat is, in de plaats der paden. Versta, de kruiswegen, waar vele paden, of wegen, gelijk in een huis of plaats, bijeenkomen. Huis voor plaats; zie Exod. 25:27.

Ex 25.27
Copyright information for DutKant