Exodus 28:39-40
40) rokken maken, Te weten, van fijn linnen, gelijk die des hogepriesters, Exod. 39:27. Versta dit ook van den gordel en van de hoeden, of mutsen, welke van die des hogepriesters niet veel ongelijk waren. Ex 39.27 41) mutsen maken, Of, verheven mutsjes; die aan het hoofd gebonden werden; Lev. 8:13. Le 8.13
Copyright information for
DutKant