Exodus 36:5

4) Het volk brengt te veel,

Hebreeuws, het volk vermenigvuldigt te brengen; of, vermenigvuldigende brengt het volk.

1 Samuel 1:12

30) als zij evenzeer bleef biddende

Hebreeuws, vermenigvuldigende te bidden.

2 Chronicles 36:14

22) maakten

Hebreeuws, vermenigvuldigden overtreding te overtreden; of, door overtreding te overtreden; dat is hier, gans zeer te overtreden. Alzo dienst dienen, is met grote zorg en arbeid dienen, Gen. 30:26. Zo ook lust lusten, of met lust belust, of bevangen te zijn, is zeer belust te zijn, Num. 11:4; idem, ijver ijveren, of met ijver ijveren, is zeer ijveren, Num. 25:11, met begeerte begeren, zeer begeren; Luk. 22:15, enz.

Ge 30.26 Nu 11.4 25.11 Lu 22.15

23) geheiligd had

Dat is, bescheiden en verordend had, opdat daarin het teken zijner heilige tegenwoordigheid en de oefening van zijn heiligen godsdienst plaats zou hebben. Vergelijk Lev. 8:10, en de aantekening.

Le 8.10

Isaiah 55:7

Amos 4:4

15) Komt

Een bevel, spottenderwijze gegeven; want aldus bespot de Heere den hittigen brand en de dolheid der Isra‰lieten in het bedrijven der afgoderij, die den afgoden gaven wat met Gode alleen te Jeruzalem moest geven, en daarenboven veel meer deden ter ere der afgoden dan God voor zich bevoelen had; verg. Jer. 7:21; Ezech. 20:39, met de aantekening.

Jer 7.21 Eze 20.39

16) Beth-el,

Zie #Hos.4:15, en Hos. 12:5, en Amos 5:5.

Ho 4.15 12.4 Am 5.5

17) te Gilgal;

Versta hierop: Komt gaat vrij naar Gilgal, enz.

18) des overtredens veel,

Hebr. maakt veel, of vermenigvuldigt overtredende, of met overtreden.

19) drie dagen!

Dat is, om alle drie jaren der dagen; dat is drrie volle jaren, naar het bevel Gods, Deut. 14:28; alzo wordt dagen voor vele dagen, of een jaar der dagen voor vele dagen, of een jaar der dagen [dat is, een vol jaar] genomen, Lev. 25:29; Num. 9:22; 1 Sam. 27:7; zie de met de aantekening aldaar. Sommigen verstaan het van de vrolijke maaltijden, die zij op de drie feesten, pasen, pinksteren en der loofhutten, hielden van hunne tienden, Deut. 14:22. Enigen menen dat zij wel alle drie dagen den afgoden deden, wat men Gode slechts deed om de drie jaren.

De 14.28 Le 25.29 Nu 9.22 1Sa 27.7 De 14.22
Copyright information for DutKant