Exodus 4:21

25) die Ik in uw hand gesteld heb;

Dat is, die Ik willens ben door uw dienst en mijn macht te doen.

26) verstokken,

Anders, verstijven, verharden; alzo namelijk, dat Ik hem mijn genade onthouden en hem aan zijn bozen wil en lusten overgeven zal, zodat hij door zijn eigen boosheid, en door des duivels ingeven, en uit zulke wonderheden, oorzaak en aanleiding nemen zal, des te meer mijn geboden tegen te staan. Zie dergelijke manier van spreken onder, Exod. 10:1, en Deut. 2:30; Jes. 63:17.

Ex 10.1 De 2.30 Isa 63.17

Proverbs 28:14

32) die geduriglijk vreest;

Dat is die oprecht bekeerd zijnde door ware eerbieding, die hij God toedraagt, Hem vreest te vertoornen, en voor ogen nemende de straffen, die den kwaden bereid zijn, zich in ootmoed en kinderlijke vreze naar de geboden Gods aanstelt, om niet verloren te gaan.

33) hart

Dat is, zich gans moedwillig aanstelt en tot wederspannigheid overgeeft. Vergelijk Exod. 4:21, en Exod. 8:15, en Exod. 32:9; 2 Kon. 17:14.

Ex 4.21 8.15 32.9 2Ki 17.14

Ezekiel 2:4

9) hard van aangezicht,

Dat is, zonder schaamte. Vergelijk Jer. 3:3, en Jer. 5:3, en onder Ezech. 3:7.

Jer 3.3 5.3 Eze 3.7

10) stijf van hart;

Stijf van harte zijn, die hun hart verstijven of verstokken. Wie dezen zijn, zie Exod. 4:21.

Ex 4.21

11) Zo zegt de Heere HEERE!

Die was gemeenlijk de voorrede der profeten, als zij iets naar Gods bevel verkondigen moesten. Ezechi‰l nu tot een profeet beroepen zijnde, wordt hiermede het vermogen gegeven om aldus te spreken, en ook verplicht om niets anders te spreken dan wat God tot hem gesproken had.

Copyright information for DutKant