Exodus 4:22

27) is Isra‰l.

Dat is, het volk of de nakomelingen van Isra‰l: deze worden genoemd Gods eerstgeboren zoon, omdat zij uit genade uit alle heidenen eerst verkoren waren, om Gods volk en kinderen te wezen, en God zo aangenaam, gelijk de eerstgeborenen hunnen ouders zijn.

Isaiah 66:8

37) een land

Dat is, de inwoners van een land, een land vol volk.

38) op een enigen dag?

Dat is, plotseling, in een korten tijd.

39) Sion

Dat is, Zion heeft hare kinderen gebaard zo haast als haar de wee‰n of barensnood is aangekomen, zulks is geschied als de predikatie van het heilig Evangelie haastelijk is aangenomen geworden.

40) haar zonen gebaard.

Versta dit van een groot getal der heidenen, die door het geloof van Christus aangewonnen zijn. Zie Jes. 66:7.

Isa 66.7

Revelation of John 12:5

12) zij baarde een mannelijken

Grieks zij baarde een zoon, een man, of manneken. Sommigen verstaan hierdoor, gelijk ook door den volgenden strijd van Micha‰l tegen den draak, Constantijn, den eersten christelijken keizer, die voor de christen-kerk, na drie honderd jaren vervolging, is te voorschijn gebracht, en na vele oorlogen en overwinningen over de dienaars der afgoden en van den draak, eindelijk het Romeinse rijk onder het gebied der christenen heeft gebracht, en de christen-kerk boven alle andere heeft verheerlijkt en tot aan den hemel verheven. Welke verklaring zeer oud is, daar Constantijn zelf dit gezicht daarom in zijn wapen heeft gevoerd, nadat hij Maximianu, Maxentius, Licinius en andere vijanden en vervolgers der christenen, met hunnen legers had overwonnen, en den afgodendienst uit het Romeinse rijk had geweerd. Doch daar hier van dit mannelijk kind, en hierna van dezen Micha‰l en draak vele dingen worden gezegd, die zeer bezwaarlijk alleen op Constantijn en de zijnen kunnen geduld worden, zo is het wel zo gevoegelijk dat dit ook van Christus zelf worde genomen, en van zijn geestelijke geboorte door de gehele wereld in het hart en in de belijdenis der gelovigen, door den dienst der Kerk, gelijk hiervoor op Openb. 12:2 is aangewezen; tegen welken Christus en zijn geestelijke geboorte de satan zich met alle geweld en list heeft gesteld, zo door de vervolgingen der Joden en heidenen, als door verscheidene godslasterlijke ketterijen, die hij den persoon en de voldoening van Christus onder de christenen heeft verwekt. Hoewel Christus, nu zittende ter rechterhand Gods, als het hoofd der uitverkorenen, altijd de overhand heeft behouden, en in Zijn troon altijd is gebleven.

Re 12.2

13) de heidenen zou

Of volken.

14) hoeden met een

Grieks weiden.

Copyright information for DutKant