Ezekiel 3:20

54) rechtvaardige

Te weten in den schijn voor de mensen, niet in de waarheid voor God. Alzo is het woord rechtvaardig genomen Spreuk. 18:17, onder Ezech. 18:24,26, en Ezech. 33:13; Matth. 9:13; Luk. 18:9,14. Idem, geloof voor een schijngeloof, Luk. 8:13; Hand. 8:13, en liefde voor schijnliefde, 1 Joh. 3:18; en kinderen van het koninkrijk voor degenen, die schenen zodanigen te zijn; Matth. 8:12.

Pr 18.17 Eze 18.24,26 33.13 Mt 9.13 Lu 18.9,14 8.13 Ac 8.13 1Jo 3.18 Mt 8.12

55) gerechtigheid afkeert,

Dat is, schijngerechtigheid, te weten die den uitwendigen luister daarvan heeft, maar niet den verborgen wortel; alzo onder Ezech. 18:24,26, en Ezech. 33:13; Matth. 5:20.

Eze 18.24,26 33.13 Mt 5.20

56) aanstoot

Dit wordt God gezegd te doen, niet met den mens eigenlijk tot de zonde te bewegen en aan te drijven, maar door hem in den weg zijner ongerechtigheid te laten, ja aan zijn bozen vrijen wil over te geven, en de gelegenheden te laten voorkomen, waardoor hij zichzelven in het verderf brengt. Anders: zo zal Ik een aanstoot voor zijn aangezicht leggen; [dat is, hem om zijne zonde straffen] hij zal sterven.

57) in zijn zonde sterven,

Dat is, om zijne zonde; zie boven Ezech. 3:18.

Eze 3.18

58) zullen niet gedacht worden;

Dat is, zullen in gene rekening komen, noch God bewegen om hem van de straf vrij te houden; alzo onder Ezech. 18:24, en Ezech. 33:13.

Eze 18.24 33.13
Copyright information for DutKant