Ezekiel 44:6

11) Het is te veel voor ulieden,

Dat is, gij hebt het te veel gemaakt, het is te hoog en te grof geweest, laat het genoeg zijn, gij zult moeten afhouden van, enz. Vergelijk Num. 16:3; 1 Kon. 19:4, met de aantekening. Alzo onder Ezech. 45:9. Met deze ingevoegde bestraffing heeft God zijn volk, wien de profeet dit gezicht belast was bekend te maken, opnieuw willen inscherpen hun gruwelijke zonden, om welker wil Hij den vorigen tempel, stad en land verlaten had, opdat zij door ware bekering en geloof mochten zoeken gemeenschap te hebben met dit nieuwe onverdiende genadewerk, dat God door den Messias zou aanstellen, en dat door dit gezicht was afgebeeld.

Nu 16.3 1Ki 19.4 Eze 45.9
Copyright information for DutKant