Galatians 5:6

21) in Christus Jezus

Dat is, nu in het rijk van Christus onder het Nieuwe Testament; om een Christen te zijn.

22) besnijdenis enige

Dat is, al de ceremoni‰n en voordelen, die den Joden eertijds gegeven waren.

23) kracht noch

Namelijk om te rechtvaardigen.

24) voorhuid, maar

Dat is, onbesneden te zijn, dat vordert en schaadt niet ter zaligheid. Zie Rom. 3:30.

Ro 3.30

25) het geloof,

Namelijk heeft alleen die kracht, als zijnde een werking, waardoor wij de gerechtigheid van Christus aannemen en deelachtig worden.

26) door de liefde

Dat is, door betoning van de werken der liefde jegens God en de naasten. Waarmede het ware geloof onderscheiden wordt van de uiterlijke belijdenis des lgeoofs van de huichelaars, hetwelk een dood geloof is, en niet kan zalig maken. Zie Jak. 2:14,20,26. Met deze beschrijving beantwoordt hij ook de lastering der valse leraars, die leerden dat de leer van de rechtvaardigmaking door het geloof alleen zorgeloze en goddeloze mensen maakt.

Jas 2.14,20,26

27) werkende.

Of, werkachtig en dadig zijnde.

Philippians 1:11

27) der gerechtigheid,

Dat is, der Godzaligheid, vroomheid en nieuwe gehoorzaamheid.

28) die door Jezus Christus

Dat is, die door den Geest van Christus in ons gewrocht en voortgebracht worden.

29) tot heerlijkheid

Dit is het einde waartoe en waarom alle goede werken moeten gedaan worden. Zie Ps. 115:1; Matth. 5:16; 1 Cor. 10:31; 1 Petr. 2:12, en 1 Petr. 4:11.

Ps 115.1 Mt 5.16 1Co 10.31 1Pe 2.12 4.11

James 2:18

47) iemand

Namelijk die het ware en levend geloof heeft, dat werkzaam is door goede werken.

48) zeggen:

Namelijk tot een huichelaar, die zich beroemt in het geloof, en geen goede werken voortbrengt.

49) Gij hebt het geloof,

Namelijk een geloof dat zonder de goede werken is. Of gij zegt dat gij het geloof hebt. Laat het zo zijn.

50) ik heb de werken.

Dat is, een geloof met de werken, of werkzaam door de goede werken.

51) Toon mij uw geloof

Dat is, welaan, indien gij een waar geloof hebt, gelijk gij roemt en u inbeeldt, toon het door de werken, gelijk een boom door de goede vruchten toont, dat hij een goede boom is; Matth. 7:17,18.

Mt 7.17,18

52) uit uw werken, en

Anderen lezen: zonder uwe werken; hetwelk ook een goeden zin heeft. Doch de meeste Griekse boeken hebben uit uwe werken.

53) uit mijn werken

Namelijk als uit de vruchten van een waar geloof en een zeker bewijs daarvan.

54) mijn geloof tonen.

Namelijk dat het een oprecht en waar geloof is.

Copyright information for DutKant