Genesis 10:16

53) En den

Dit zijn niet alleen eigennamen van personen, maar ook van ganse volken, die uit dezen gesproten zijn; en worden daarom ook overgezet, de Jebusieter, de Amorieter, enz.

54) Jebusi,

Van de nakomelingen van dezen zie men Joz. 15:8, Joz. 18:28; Richt. 1:21.

Jos 15.8 18.28 Jud 1.21

55) Emori,

Van de Emorieten, zie men Deut. 2:24.

De 2.24

56) Gigarsi.

Zie Matth. 8:28.

Mt 8.28

Genesis 15:16

35) het vierde

Anders, in het vierde geslacht zullen zij wederkeren, dat is, na het einde van vier honderd jaren; het leven des mensen in dien tijd op omtrent honderd jaren gerekend zijnde.

36) der Amorieten

En van andere boze nati‰n, die hieronder genoemd worden, vs. 19,20,21. Alzo onder Gen. 48:22; 1 Kon. 21:2; 2 Kon. 21:11.

Ge 15.19,20,21 48.22 1Ki 21.2 2Ki 21.11

37) is tot nog

Dewijl God dit land den Amorieten gegeven, en besloten had hen daaruit niet te verdelgen, eer zij zulks ten hoogste zouden verdiend hebben, zo heeft Hij hun dien tijd willen laten vervullen, en intussen de zijnen beproeven en oefenen; Jer. 51:13; Matth. 23:32.

Jer 51.13 Mt 23.32
Copyright information for DutKant