Genesis 14:15
33) hij en zijn knechten, Mitsgaders het volk van Aner, Eskol en Mamre, die als bondgenoten met hem uitgetogen waren. Zie vs. 24. Ge 14.24 34) Damaskus. Dit is de wijdvermaarde hoofdstad in Syri. Zie Jes. 7:8, Jes. 17:1; Jer. 49:25; Hand. 9:2. Isa 7.8 17.1 Jer 49.25 Ac 9.22 Samuel 8:5
13) de Syriers van Damaskus Hebreeuws, Aram; dat is, Syri. Zie Gen. 10:22, en Gen. 22:21, waardoor de Syrirs verstaan worden. Syri van Damaskus was wel het voornaamste deel of koninkrijk onder al de gedeelten, landen, provincin of koninkrijken, [waarvan enige verhaald worden, onder, 2 Sam. 10:6], die onder Syri begrepen waren; zijnde tot onderscheiding genoemd Syri van Damaskus, van den naam der vermaarde hoofdstad van dit koninkrijk. Ge 10.22 22.21 2Sa 10.6
Copyright information for
DutKant