Genesis 18:6

14) maten

Hebr. Se‹m. Een zekere maat van droge waren, houdende 144 henne‰ierschalen, het derde deel van een efa. Zie van deze maat ook Exod. 16:36.

Ex 16.36

15) koeken.

Het Hebr. woord betekent koeken, die op een heten haard onder of op kolen of in hete as gebakken worden. Zie Exod. 12:39; Num. 11:8; 1 Kon. 17:3, 1 Kon. 19:6.

Ex 12.39 Nu 11.8 1Ki 17.3 19.6
Copyright information for DutKant