Genesis 19:4
7) te slapen Hebr. eer zij nederlagen, of, neder gelegen waren, te weten om te slapen; alzo onder Gen. 28:13; Lev. 14:47, en Lev. 26:6, enz. Ge 28.13 Le 14.47 26.6 8) van den Een overgegeven gruwzame moedwilligheid, waarin zij allen hebben samengespannen, jong en oud, van alle hoeken der stad, en dat wel in den nacht. 9) van het uiterste Te weten, der stad. Versta, van het ene en het andere einde der stad.
Copyright information for
DutKant