Genesis 20:5

13) In

Dat is, hierin is mijn hart zuiver van een overspelig voornemen, en mijn lichaam van onkuise daad. Zo wordt de inwendige en uitwendige onschuld en ongeveinsdheid, •f in het algemeen van den gehelen wandel der vromen, •f in het bijzonder van enige zaak en enig werk ook elder uitgedrukt, zo als 1 Kon. 9:4; 1 Kron. 29:17; Ps. 24:4, en Ps. 73:13, en Ps. 78:72, en Ps. 101:2.

1Ki 9.4 1Ch 29.17 Ps 24.4 73.13 78.72 101.2

14) mijner

Hebr. mijner palmen, of van het hol mijner handen. Zie Job 17:9.

Job 17.9

1 Kings 9:4

8) voor Mijn aangezicht

Zie Gen. 17:1, en boven, 1 Kon. 8:23.

Ge 17.1 1Ki 8.23

9) volkomenheid des harten,

Dat is, ongeveinsdheid, onvalsheid, eenvoudigheid. Zie Gen. 6:9.

Ge 6.9

Psalms 26:11

Proverbs 10:9

19) in oprechtheid

Zie boven Spreuk. 2:7.

Pr 2.7

20) zeker;

Of, gerustelijk, dewijl hij weet dat zijne werken goed zijn, en dat God daarop geen kwade uitkomsten tot zijn verderf zal laten komen.

21) zijn wegen

Vergelijk Gen. 6:12.

Ge 6.12

22) bekend

Te weten, door de openbare straffen, die God hem in het aanzien van allen toezenden zal, en dat door middel van de overheid of anderszins.

Proverbs 20:7

23) oprechtheid;

Zie Gen. 20:5.

Ge 20.5

Proverbs 28:6

14) wandelende

Vergelijk boven Spreuk. 2:7, en de aantekening.

Pr 2.7

15) verkeerd

Vergelijk boven Spreuk. 2:15.

Pr 2.15

16) wegen,

Het Hebreeuwse woord betekent twee wegen. Het schijnt dat de Heilige Geest alzo spreekt omdat de rechte weg, die in het midden van twee uiterste gebreken gesteld is, van de onvromen verlaten wordt, door niet alleen tot het ene van de twee uiterste gebreken, maar ook dikwijls tot beide af te wijken. Men kan het ook alzo verstaan, dat enige onvromen zich alzo houden, alsof zij vroom waren, en nochtans onvroom wandelen en handelen, hetwelk twee wegen zijn; de ene is zich door woorden en gebaren te gedragen wat men niet is; de andere zich metterdaad te betonen wat men in der waarheid is. Of, twee wegen zijn, zich bij de vromen te veinzen alsof men ook vroom ware, en bij de bozen zich te gedragen als die recht boos is. Vergelijk onder Spreuk. 28:13.

Pr 28.13
Copyright information for DutKant