‏ Genesis 21:14

18) brood,

Versta door brood en water, alles wat tot deze reis nodig was.

19) kind,

Te weten, Isma‰l, boven genoemd jongen, Gen. 21:12, en ond. Gen. 21:17. De geestelijke beduiding van deze gehele zaak, zie Gal. 4:23,24, enz.

Ge 21.12,17 Ga 4.23,24

20) in de

Gelegen op de zuidelijke grens van Palestina, niet ver van Gerar, en op dezen tijd aldus nog niet genoemd, maar daarna, toen de koning Abimelech omtrent die plaats met Abraham een verbond heeft gemaakt. Zie onder, Gen. 21:31.

Ge 21.31

‏ Genesis 21:20-21

28) God was

God was hem gunstig, en zegende hem naar den inhoud zijner belofte, zoveel het tijdelijke betreft. Verg. ond. de aant. op Gen. 21:22

Ge 21.22

29) een boogschutter.

Hebr. een schietende boogschutter. Dat is, een kloek jager en krijgsman. Zie boven, Gen. 16:12.

Ge 16.12
30) Paran;

Zie bov. Gen. 14:6.

Ge 14.6

31) en zijn

Merk hier op het recht der ouders over de kinderen in huwelijkszaken, ja zelfs der moeder alleen. Verg. ond. Gen. 24:3,4, enz.

Ge 24.3,4
Copyright information for DutKant