Genesis 3:7

16) ogen

Versta, niet zozeer de ogen des lichaams, waardoor zij zagen hunne schaamte, als des geestes, waardoor zij gevoelden hunne zonde en de straf, die zij over zich en hunne nakomelingen gebracht hadden, zijnde daarvan in hunne conscienti‰n overtuigd.

17) schorten.

Anders, voorschoten of deksels, om hunne schamelheid te bedekken.

Genesis 8:11

17) kwam tot hem

Omdat zij geen voedsel voor zich vond, en zocht in haar gewoon nest te wezen.

18) een afgebroken olijfblad

Waarmede God Noach vertroost heeft, hem verzekerende dat zijn verlossing uit de ark nabij was.

19) bek;

Hebr. monder

Numbers 14:34

43) ongerechtigheden dragen,

Dat is, de straf uwer ongerechtigheden. Zie Gen. 4:13.

Ge 4.13

44) veertig jaren,

Zijnde er onder begrepen de tijd, die nu voorbij was, sedert zij uit Egypte getogen waren. Zie boven, Num. 14:33.

Nu 14.33

45) Mijn afbreking.

Dit kan men verstaan ten aanzien van God, die om hun langdurige wederspannigheid van hen zou wijken, of ten aanzien van het volk, dat, van God afwijkende, dezelfde straf verdiend had.

Job 5:25

49) uw spruiten

Dat is, kinderen, die uit u en de uwen zullen voortkomen. Alzo onder, Job 21:8, en Job 27:14; Jes. 22:24, en Jes. 48:19.

Job 21.8 27.14 Isa 22.24 48.19
Copyright information for DutKant