Genesis 40:2

2) hovelingen,

Zie boven, Gen. 37:36.

Ge 37.36

2 Kings 8:6

6) ondervraagde

Te weten, of haar zoon door Elisa van den dood opgewekt was geweest.

7) kamerling,

Zie Gen. 37:36.

Ge 37.36

Esther 4:4

10) jonge dochters

Versta hier, staatsjonkvrouwen.

11) te kennen;

Te weten, hoe zich Mordechai aanstelde, Esth. 4:1,2.

Es 4.1,2

12) en zijn zak

Te weten, opdat hij weder ten hove mocht komen en zij des te gevoegelijker met hem van alles spreken en zich beraden mocht.

Isaiah 56:3-4

Copyright information for DutKant