Genesis 45:2

5) hij verhief zijn

Hebr. hij gaf.

6) de Egyptenaars

Die even uit de kamer gegaan zijnde, nog niet ver verwijderd waren.

7) huis hoorde.

Dat is, hofgezin, waartoe dit gerucht straks verspreid is, gelijk onder, Gen. 45:16.

Ge 45.16

Proverbs 2:3

4) Ja,

Het Hebreeuwse woord is alzo genomen 2 Kon. 18:34.

2Ki 18.34

5) roept,

Dat is, met alle naarstigheid zoekt te verkrijgen. Het is een gelijkenis, genomen van degenen, die iemand nodig te doen hebbende, hem met een ernstig en gestadig geroep zoeken bij zich te krijgen.

6) verheft

Hebreeuws, geeft. Alzo boven Spreuk. 1:20.

Pr 1.20

Proverbs 8:1

1) de Wijsheid

Hij wil zeggen: Zekerlijk ja zij. Het is ene manier van vragen, die sterkelijk verzekert. Zie Gen. 13:9.

Ge 13.9

2) en verheft

Hebreeuws, geeft. Zie boven Spreuk. 1:20.

Pr 1.20
Copyright information for DutKant