Genesis 49:8

16) uw hand zal zijn

Dat is, gij zult hen in de vlucht slaan en dempen; verg. Ps. 18:41.

Ps 18.40

17) u zullen zich

Hiermede geeft hij te kennen dat zijn nakomelingen tot de heerschappij, het andere deel van het recht der eerstgeboorte zouden verheven worden.

Exodus 23:27

46) Mijn schrik voor uw aangezicht zenden,

Dat is, een grote schrik, of, een schrik dien Ik den volken zal aanjagen. Zie hiervan exempelen Gen. 35:5; 1 Sam. 14:15, en 2 Kron. 20:29.

Ge 35.5 1Sa 14.15 2Ch 20.29

47) Ik zal maken,

Hebreeuws, Ik zal al uw vijanden den nek te uwaarts geven.

48) den nek toekeren.

Dat is, de rug.

Copyright information for DutKant