Haggai 1:3

Haggai 1:13

29) de bode des HEEREN,

Of, gezant, ambassadeur.

30) in de boodschap des HEERERN,

Dat is, in de boodschap, die hij in den naam en uit het bevel des Heeren deed aan het volk; of uit kracht der boodschap, achtervolgens het bevel, dat hij van God ontvangen had.

31) Ik ben met ulieden,

Of, Ik zal zijn. Derhalve hebt goeden moed, en vaart kloekelijk voort in het opbouwen van mijn huis. Verg. Ps. 56:10; Matth. 28:18,20; Rom. 8:31.

Ps 56.9 Mt 28.18,20 Ro 8.31

2 Corinthians 5:20

51) laat u met God verzoenen.

Namelijk door het geloof in Christus en Zijn bloed; Rom. 3:25.

Ro 3.25
Copyright information for DutKant