Hosea 14:5
21) Ik zal hunlieder Een zeer lieflijk en vaderlijk antwoord en belofte Gods, op het voorgaande boetvaardig gebed. 22) genezen, Vergevende al hun kwaad, en gevende mijn goed, gelijk zij begeerd hebben, Hos. 14:3; zie Ps. 30:3. Ho 14.2 Ps 30.2 23) vrijwilliglijk liefhebben; Of, mildelijk, uit goeder harte [gelijk men zegt]. Verg. Deut. 30:9; Jer. 32:41,42; Joh. 16:26,27, en zie van het Hebr. woord Lev. 7:16; Job 12:21. De 30.9 Jer 32.41,42 Joh 16.26,27 Le 7.16 Job 12.21 24) hem gekeerd. Namelijk Isral, die terstond in het volgende vers genoemd wordt, en zie Hos. 14:2. Ho 14.1
Copyright information for
DutKant