Isaiah 10:5
13) den Assyrier, Hebreeuws, Assur; welk woord somtijds de nakomelingen van Assur betekent, somtijds het land van Assyri; hier betekent het den koning van Assyri met zijn leger. 14) roede Dat is, die Ik in mijnen toorn wil gebruiken als ene roede om mijn volk te kastijden. Zie Job 9:34. Job 9.34 15) en Mijn grimmigheid Alsof God zeide: Ofschoon Ik in mijnen toorn aan de Assyrirs de macht geef om mijn volk te slaan; zo zal Ik hen evenwel ook straffen. 16) stok in hun hand! Anders: O Assur, de roede mijns toorns en in wiens hand mijne grimmigheid een stok is.
Copyright information for
DutKant