Isaiah 10:5

13) den Assyrier,

Hebreeuws, Assur; welk woord somtijds de nakomelingen van Assur betekent, somtijds het land van Assyri‰; hier betekent het den koning van Assyri‰ met zijn leger.

14) roede

Dat is, die Ik in mijnen toorn wil gebruiken als ene roede om mijn volk te kastijden. Zie Job 9:34.

Job 9.34

15) en Mijn grimmigheid

Alsof God zeide: Ofschoon Ik in mijnen toorn aan de Assyri‰rs de macht geef om mijn volk te slaan; zo zal Ik hen evenwel ook straffen.

16) stok in hun hand!

Anders: O Assur, de roede mijns toorns en in wiens hand mijne grimmigheid een stok is.

Isaiah 14:12

42) uit den hemel

Of, van den hemel. Door den hemel moet men hier verstaan de koninklijke heerlijkheid, glans en schoonheid.

43) o morgenster,

Aldus noemt de profeet den koning te Babel, omdat zijne heerlijkheid hier op aarde was als de glans der morgenster aan den hemel, klaarder schijnende dan enige andere sterren des hemels, alzo dat zij alleen schaduw van zich geeft.

44) gij, die de heidenen

Anders: gij zijt verlamd boven andere nati‰n; dat is, God heeft u harder aangestoten dan enige andere koningen der heidenen.

Jeremiah 48:40

102) hij zal

De vijand, de Babyloni‰r, zal u haastelijk overkomen.

103) snel vliegen als een arend,

Zie Ps. 18:11, en vergelijk boven Jer. 4:13, en onder Jer. 48:22; Ezech. 17:3; Hos. 8:1.

Ps 18.10 Jer 4.13 48.22 Eze 17.3 Ho 8.1

Daniel 7:17

84) zijn

Dat is, betekenen of zijn voorbeelden.

85) vier koningen,

Dat is, vier koninkrijken of monarchie‰n. Zie boven Dan. 7:3.

Da 7.3

86) uit de aarde

Dan. 7:3 zegt hij, uit de zee. Zie de aantekening aldaar.

Da 7.3

87) opstaan zullen.

Het ene, namelijk de monarchie der Chalde‰n, was wel alrede opgestaan, zodat de profeet zegt dat zij opstaan zouden, ten aanzien van de overblijvende drie koninkrijken.

Hebrews 9:25

68) met vreemd bloed;

Of eens anders; dat is, met bloed van geslachte dieren, die van een andere natuur zijn dan hijzelf.

1 John 4:3

13) [de geest] van

Dat is, de leer van den antichrist, die strijdt tegen de waarheid van den persoon en het ambt van Christus.

Revelation of John 17:10

28) het zijn [ook] zeven

Dat is, betekenen zeven koningen of koninklijke regeringen; waaruit blijkt, dat een voorbeeld of zaak wel verscheidene beduidingen kan hebben. Welke nu deze zeven koningen zijn, wordt verschillend verstaan. Enigen verstaan door deze koningen de zeven keizers, die te Rome na den tijd van Nero tot dezen tijd van Johannes' ballingschap, hadden geregeerd. Doch daar schijnt geen reden te zijn, waarom de keizers, die voor Nero's tijd van Julius Caesar af geregeerd hadden, niet zowel zouden moeten gerekend worden als de volgende, en is openbaar dat hier van zulke koningen wordt gesproken, die de geheel regering van het ganse Romeinse rijk omvatten. Daarom verstaan anderen het beter voor de zeven vormen of wijzen van regering, waarmee de stad Rome zo tevoren geregeerd was, als daarna nog geregeerd zou worden, gelijk de engel Openb. 17:10,11 getuigt. Waarvan de eerste regering was geweest van Romulus af tot Tarquinius, onder eigenlijke koningen. De tweede, van Brutus af, onder de Consuls of burgemeesters. De derde, onder Dictators. De vierde onder de Decemviros. De vijfde onder de Tribunos Consulares. De zesde, onder keizers, van Julius Caesar af, welke nog duurde, toen aan Johannes deze openbaring is geschied.

Re 17.10,11

29) de ander is nog niet

Dat is de zevende soort of wijze van regering, die onder Constantijn de eerste Christen keizer is begonnen, die een anderen vorm van regering in zijn tijd heeft aangevangen, en nadat hij omtrent twintig jaren te Rome had gezeten, en het Christengeloof alom had ingevoerd, naar Bizantium is getrokken, hetwelk hij naar zijn naam Constantinopel heeft genoemd, en heeft aldaar den stoel des keizerrijks vooral bevestigd, waardoor het keizerlijk gezag te Rome en in Itali‰ meer en meer is afgenomen, en de antichristische heerschappij allengskens is opgekomen. Welke de achtste vorm van regering is, waarvan hier wordt gesproken.

Copyright information for DutKant