Isaiah 29:23
82) hij Te weten Jakob; dat is Jakobs huis, of de kerk, als in het voorgaande. 83) zijn kinderen, Die hem geboren zullen zijn door de predikatie van het heilig Evangelie. 84) het werk De kinderen, die Ik zal wedergeboren en als opnieuw geschapen hebben door den Heiligen Geest. Zie Jes. 19:25; Ef. 2:10; Hebr. 2:10. Isa 19.25 Eph 2.10 Heb 2.10 85) zullen zij Te weten de nakomelingen van Jakob. 86) heiligen; Dat is loven en prijzen. 87) den Heilige Dat is, den waren God, dien Jakob heeft geloofd en geprezen. 88) Israls Dat is, der Isralieten. 89) vrezen. Of, ontzien; dat is eer bewijzen.
Copyright information for
DutKant