Isaiah 47:6

20) Ik ontheiligde

Ik liet ze verstoren en verwoesten, dezelve niet anders achtende dan een onheilige, ontreinigde of ontwijde zaak, deszelve aan de onheilige nati‰n overgevende.

21) Mijn erve,

Dat is, mijn volk Isra‰l.

22) over den oude

De oude personen plachten wel somtijds van hunne vijanden zelfs verschoond te worden; maar deze barmhartigheid is bij de Babyloni‰rs niet te vinden geweest.

23) maaktet gij

Dat is, gij hebt hen zeer bezwaard en benauwd en wredelijk behandeld.

Copyright information for DutKant