Isaiah 48:2

5) Ja,

Of, hoewel.

6) de heilige stad

Te weten Jeruzalem. Hebreeuws, de stad der heiligheid; dat is, zij roemen zich dat zij burgers en inwoners van de heilige stad Jeruzalem zijn.

7) steunen

Te weten zoveel den uiterlijken schijn belangt. Maar ofschoon zij met woorden hiervan roemen, zo zijn zij het inderdaad niet, maar hun hart is verre van Hem.

Jeremiah 7:4

5) valse woorden,

Hebreeuws, woorden, of dingen van de leugen, of der valsheid; dat is, waarmede gij tekortkomen en uzelven bedriegen zult; alzo onder Jer. 7:8.

Jer 7.8

6) deze!

Als met den vinger wijzende op de delen van het gebouw des tempels, waarin het voorhof, heilig en allerheiligste waren, alle heilige plaatsen en woningen des Heeren genoemd. Dit was de ijdele troost der valse profeten, waarmede zij het volk in hunne boosheid stijfden tegen de dreigementen Gods en zijner profeten; te weten dat het geen nood had, omdat zij den tempel en tempeldienst onder zich hadden, waardoor zij genoeg meenden bewaard te zijn, hoewel zij ondertussen goddelooslijk leefden, en daarmede alles ontheiligden, gelijk in het volgende verklaard wordt. Anders: deze dingen [onze godsdiensten] [behoren tot] den tempel; de zin op een uitkomende.

Jeremiah 7:8-10

10) valse woorden,

Gelijk boven Jer. 7:4.

Jer 7.4
11) Zult gij stelen,

Alsof de Heere zeide: Schaamt gij u niet zo huichelachtig en goddelooslijk te handelen?

12) dat naar Mijn Naam

Hebreeuws, over hetwelk mijn naam genoemd, of uitgeroepen is; alzo Jer. 7:11,14,30, en Jer. 14:9, en Jer. 15:16, enz. Vergelijk de manier van spreken met Jes. 4:1.

Jer 7.11,14,30 14.9 15.16 Isa 4.1

13) Wij zijn verlost,

Dat is, het heeft nu geen nood, wij zijn nu vrij en buiten gevaar, zullen voorzeker ontkomen en behouden zijn, nu wij onzen tempelgang gedaan hebben.

14) om al deze gruwelen

Dat is, om alzo uzelven tot deze boosheid verlof en vrijheid te geven en daarin meer en meer te verharden en voort te gaan. Anders: opdat wij al deze gruwelen mogen doen.

Micah 3:12

40) uwentwil,

Om uw zonden, waarmee gij alles vervuld en bedorven hebt.

41) Sion

Zo weinig vraagt God naar Zion, Jeruzalem, ja zijn tempel zelfs, als zij verontreinigd waren.

42) akker geploegd worden,

Dat is, geheel en al verwoest worden. Deze scherpe en verschrikkelijke profetie‰n heeft de vrome koning Hizkia bij zijn tijd [in welke Micha profeteerde] met een boetvaardig hart aangenomen, God om genade gesmeekt, en ontwijfelijk alles gedaan wat hij kon, tot verbetering. Zie Jer. 26:18,19,20, en verg. Micha 1:6.

Jer 26.18,19,20 Mic 1.6

43) huizes tot hoogten

Van de tempel.

44) wouds

Gelijk Jer. 26:18. Op deze verschrikkelijk profetie volgt een uitermate heerlijke evangelische belofte van de berg van het huis des Heeren, in het begin van het volgende hoofdstuk van gelijke in het einde van het vierde en begin van het vijfde hoofdstuk.

Jer 26.18
Copyright information for DutKant