Isaiah 51:11
45) de vrijgekochten Of, gerantsoeneerden; dat is degenen voor wie de Heere het rantsoen betaald en hen alzo verlost heeft. Enigen verstaan dit van de verlossing uit de Babylonische gevangenschap; anderen uit het geweld van den duivel; sommigen, van beide. Zie Jes. 35:10, daar staan dezelfde woorden, die hier staan. Isa 35.10 46) zal op hun hoofd Te weten als een schone krans; zie Jes. 35:10; 2 Tim. 4:8. Isa 35.10 2Ti 4.8 47) aangrijpen, Of, achterhalen.Revelation of John 22:14
33) hun macht zij Dat is, recht, lot, deel, om te mogen genieten de vruchten van den boom des levens; zie Openb. 22:2. Re 22.2 34) in de stad. Namelijk van het nieuwe en hemelse Jeruzalem, dat tevoren is beschreven.
Copyright information for
DutKant