Isaiah 53:8

33) uit den angst

Of uit den kerker, of uit dit geweldig benauwen. Hebreeuws, uit de besluiting; te weten uit de helse benauwdheid, die Christus in den hof Gethseman‚, [waar Hij bloed gezweet heeft] doch inzonderheid aan het kruis gevoeld heeft, toen Hij riep: Mijn God, mijn God, waarom hebt Gij mij verlaten? Versta dit ook van zijne opwekking uit de doden, en als Hij tot zijn hemelsen Vader ten hemel is opgevaren.

34) uit het gericht

Te weten uit het gericht van God, dat is, uit de verdoemenis, die Hij een tijdlang voor ons geleden heeft, zijnde voor ons een vloek geworden; Gal. 3:13. Doch enigen verstaan hier door het gericht den dood des kruises, waartoe Hij van de Joden en Pilatus veroordeeld was, in dezen zin: Ofschoon de Messias tot een schandelijken, ja vervloekten dood verwezen wordt, zo zal Hij nochtans, wil de profeet zeggen, eindelijk ten hemel opgenomen worden, nadat Hij voor onze zonden zal genoeg gedaan hebben.

Ga 3.13

35) Zijn leeftijd

Of, de gedurigheid van zijn leven, of zijne eeuw. Versta hier, behalve de eeuwigheid van zijn goddelijk wezen, ook de eeuwigdurendheid van zijn rijk, dewijl God, Hem opgewekt en aan zijne rechterhand gesteld hebbende in de hemelse plaatsen, zo leeft en regeert Hij in eeuwigheid, en de dood heeft geen geweld meer over Hem; Luk. 1:33; Rom. 6:9. Of, zijne generatie, dat is zijne kinderen, die geestelijk uit Hem zullen geboren worden.

Lu 1.33 Ro 6.9

36) afgesneden

Dat is, Hij is door een geweldigen dood weggerukt, gelijk men een boom met geweld afhouwt.

37) uit het land der levenden;

Dat is, dergenen, die in de wereld leven. Zie de aantekening Job 28:13; Ps. 27:13; Jes. 38:11. De zin is: Hij is gedood en in het graf gelegd.

Job 28.13 Ps 27.13 Isa 38.11

38) om de overtreding

Dat is, vanwege de zonden, zo der Joden als der heidenen, is Hij aldus geslagen en gemarteld, welke anderszins met recht de straf had moeten treffen.

39) Mijns volks

Dit zijn woorden van den profeet.

40) is de plage

Hebreeuws, [was] Hem de plaag; te weten die straf, dat Hij aan het kruis is genageld geworden; alzo wordt het Hebreeuwse bijvoegsel mo ook in het enkelvoudig getal genomen. Gen. 9:26,27; Job 20:23, en Job 22:2; Ps. 11:7; Jes. 44:15.

Ge 9.26,27 Job 20.23 22.2 Ps 11.7 Isa 44.15

Hebrews 5:7

15) in de dagen Zijns vleses,

Dat is, wanneer Hij onze zwakke natuur aangenomen had, en daarin onder ons wandelde en leed. Want hoewel Hij onze natuur ook in den hemel draagt, zo heeft Hij nochtans de zwakheden daarvan afgelegd.

16) met sterke roeping en tranen

De apostel ziet hier wel op de gehele vernedering van Christus, maar voornamelijk op den angst en uiterste benauwdheid van Christus in den hof, als Hij bloedige druppelen heeft gezweet, en op Zijn sterk roepen aan het kruis, wanneer Hij riep: mijn God, mijn God, waarom hebt Gij mij verlaten.

17) geofferd hebbende,

Dat is, Zijn Vader voorgedragen, en Zijn leven voor ons in handen Zijns Vaders opgedragen hebbende.

18) uit de vreze,

Grieks Eulabeias, welk woord dikwijls vrees betekent, gelijk te zien is Hand. 23:10, en is hetzelfde wat Markus, Mark. 14:33, thambos en ademonian, dat is, verbaasdheid en groten angst noemt, welke in Christus menselijke natuur geweest is, uit het voorzien en voorgevoel van de helse benauwdheden, die Christus in Zijn ziel voor ons aan het kruis zou lijden, nochtans zonder zonde, daar Hij in het geloof altijd vast is gebleven, en zich in al dezen den wil Zijns Vaders volkomen heeft onderworpen. Uit welke vrees, of, verschrikking Hij hier wordt gezegd verhoord geweest te zijn, omdat Hij door Zijn gebed gesterkt en verzekerd was, dat Hij door de kracht Zijner goddelijke natuur alles zou overwinnen, en zo den duivel en den dood zelf onder Zijn voeten brengen. Anderen zetten het over: vanwege de godvruchtigheid; of, om Zijner godvruchtigheid wil, gelijk dit woord eulabeia ook betekent. Doch het Griekse woord apo, dat is, van of uit, kan deze verklaring niet wel lijden.

Ac 23.10 Mr 14.33
Copyright information for DutKant