Isaiah 6:2

5) De serafs

Het Hebreeuwse woord betekent eigenlijk brandende; aldus worden de engelen des Heeren genoemd, omdat zij ijverig zijn, ja in ijver brandende, om het bevel des Heeren uit te richten. Of, omdat zij de goddelozen branden en verteren gelijk een vuur. Of, omdat zij in vurige kleur verschijnen, te weten rood gelijk vuur.

6) stonden

Te weten gelij dienaars, passende op den dienst des Heeren. Vergelijk Dan. 7:10; Openb. 4:6,7.

Da 7.10 Re 4.6,7

7) een iegelijk

Hebreeuws, zes vleugelen, zes vleugelen den enen. Zie de aantekening Gen. 7:2.

Ge 7.2

8) bedekte [ieder]

Tot een teken van eerbiedigheid, die zij God den Heere toedroegen; of omdat zij den glans der heerlijkheid Gods niet kunnen verdragen.

9) vloog hij.

Te weten om het bevel van God spoediglijk uit te richten; want de engelen zijn dienstbare geesten; Ps. 34:8, en Ps. 91:11; Hebr. 1:14.

Ps 34.7 91.11 Heb 1.14

Ezekiel 10:8

39) daar werd gezien aan de cherubs

Zie boven Ezech. 1:8.

Eze 1.8

40) hand

Versta evenwel dat zij elk twee handen hadden; een enkel getal voor een veelvoudig. Vergelijk boven Ezech. 10:4, op het woord cherub, idem onder Ezech. 10:21.

Eze 10.4,21

Daniel 7:10

50) Een vurige rivier vloeide,

Of, ene rivier van vuur. Dit betekent de grootheid en strengheid der oordelen Gods, om alle vijanden snellijk en met geweld te overrompelen en te verteren. Gelijk niemand den loop der rivier kan afstoppen of ophouden, maar men moet ze haren gang laten gaan; alzo is er geen creatuur zo machtig, die de oordelen Gods kan ophouden of verhinderen. Vergelijk Ps. 50:3, en Ps. 97:3.

Ps 50.3 97.3

51) van voor Hem uit,

Of, van zijne tegenwoordigheid; te weten van de tegenwoordigheid van den Rechter, die op den troon zat.

52) duizendmaal duizenden dienden Hem,

Vergelijk 2 Kon. 6:17; Ps. 34:8, en Ps. 68:18; Matth. 26:53; Hebr. 12:22; Openb. 5:11; een zeker getal wordt gezet voor een ontelbaar groot getal.

2Ki 6.17 Ps 34.7 68.17 Mt 26.53 Heb 12.22 Re 5.11

53) tien duizendmaal tien duizenden stonden voor Hem;

Dit getal is honderdmaal groter dan het vorige. Het getal der engelen is voor ons ontelbaar. Zie Hebr. 12:22.

Heb 12.22

54) stonden voor Hem;

Passende op zijn dienst. Zie Ps. 103:20.

Ps 103.20

55) het gericht zette zich,

Dat is, de Rechter, te weten die heilige engelen. Zie Dan. 4:17. Versta ook, de gelovigen met hun Hoofd Christus. Zie onder Dan. 7:22; Ps. 50:6.

Da 4.17 7.22 Ps 50.6

56) de boeken werden geopend.

Dat is, alles werd nauw onderzocht, wat tot beschuldiging en ontschuldiging kon bijgebracht worden; opdat men daaruit nam wat die vervolgers aan het volk Gods begaan hadden, om daaruit een vonnis te scheppen, menselijkerwijze gesproken. Zie Ps. 139:16; Openb. 20:12. Enigen verstaan hier door de boeken eens ieders conscientie.

Ps 139.16 Re 20.12

Zechariah 1:8

18) een Man rijdende

Dit was de Zoon Gods in de gedaante van een man. Doch anderen menen dat het een geschapen engel geweest is. Christus heeft meermalen voor een korten tijd de gedaante van een man aangenomen, gelijk Ezech. 1:26, en Ezech. 40:3; Dan. 7:13.

Eze 1.26 40.3 Da 7.13

19) op een rood paard,

Hiermede wordt aangewezen dat de Zoon Gods als een vuur zijne vijanden verteert; of, gelijk het anderen verstaan, de zonden van zijn volk; zie Jes. 63:1,2,3.

Isa 63.1,2,3

20) Hij stond tussen de mirten,

Of, hij hield stil onder de mirten. Door de mirten worden afgebeeld de gelovigen, die voor God groenen en een lieflijken reuk geven, gelijk de mirtebomen; en door het stilstaan van dezen man wordt betekent de gerede en altijd-tegenwoordige hulp en bijstand des Heeren.

21) die in de diepte waren;

Dat is, in een diepe, vochtige plaats; waarmede afgebeeld wordt de toestand van het Joodse volk, hetwelk te dien tijde ten dele nog in de Babylonische gevangenschap was, ten dele in het land, in grote onrust.

22) achter Hem waren

Te weten, achter dien man, die op het rode paard zat.

23) rode, bruine en witte paarden.

Rode, bruine, witte paarden, op welke engelen zaten, die den Heere Christus dienden, Zach. 1:10. En dit betekent allerlei dienaars des Heeren, die Hem dienen om zijne oordelen uit te voeren, hetzij om zijne kinderen te verlossen, of om hunne vijanden te straffen.

Zec 1.10

Revelation of John 5:11

25) tien duizendmaal tien duizenden,

Dit is genomen uit Dan. 7:10 waardoor de heerlijkheid en macht van God en Christus wordt afgebeeld, die talloze dienaren rondom zich heeft.

Da 7.10
Copyright information for DutKant