Isaiah 8:7

22) over hen

Te weten over de ongelovige Joden, zie Jes. 8:6.

Isa 8.6

23) die sterke

Te weten de wateren van de rivier Eufraat. Dit is ene tegenstelling tegen de wateren van Siloa, Jes. 8:6.

Isa 8.6

24) al zijn heerlijkheid;

Dat is, al zijn voortreffelijke vorsten en krijgsoversten met hun onderhebbend volk, waar de koning van Assyri‰ van roemt; Jes. 10:8,13.

Isa 10.8,13

25) hij zal opkomen

Dat is, hij zal zich verheffen, te weten Sanherib, de koning van Assyri‰, van wien de profeet hier spreekt als van een grote rivier. Anders: zij zal opkomen, te weten de rivier.

26) zijn stromen,

Te weten het volk, of hunne, te weten volkeren.

26) zijn oevers;

Te weten het volk, of hunne, te weten volkeren.

Jeremiah 25:9

9) zenden,

Dat is, door mijn verborgen goddelijke regering zal Ik hen doen vergaderen en opkomen, alsof zij door boden en opzettelijk bevel kwamen aantrekken; vergelijk onder Jer. 49:14.

Jer 49.14

10) geslachten

Dat is, alle nati‰n, die tegen het noorden wonen. Vergelijk boven Jer. 1:15.

Jer 1.15

11) tot Nebukadnezar,

Versta, zal Ik zenden, gelijk in het voorgaande; of en Nebukadnezar; te weten, zal Ik nemen, enz.

12) knecht;

Dien Ik voorgenomen heb te gebruiken tot uitvoering mijner oordelen over vele volken. Vergelijk Jews. 44:28, en Jes. 45:1, alzo onder Jer. 27:6, en Jer. 43:10. Vergelijk ook onder Jer. 29:4,7,14,20, en Jer. 51:7.

Jer 44.28 Isa 45.1 Jer 27.6 43.10 29.4,7,14,20 51.7

13) over dit land,

Of, tegen, en zo in het volgende.

14) verbannen,

Zie Deut. 2:34.

De 2.34

15) ontzetting,

Of, schrik; anders, verwoesting. Zie boven Jer. 18:16, en onder Jer. 25:18.

Jer 18.16 25.18

16) eeuwige woestheden.

Hebreeuws, woestheden der eeuwigheid; dat is, langdurige.

Jeremiah 47:1

1) Farao

Sommigen menen dat Farao Necho al bij het leven van Josia het land der Filistijnen zou hebben ingenomen en behouden tot de aankomst van Nebukadnezar, eer hij de eerste maal optrok naar Karchemis, waarvan hier geprofeteerd wordt; zie boven Jer. 46:2. Alzo zou Jeremia dit geprofeteerd hebben ten tijde als Josia nog in bloei was.

Jer 46.2

2) Gaza

Zie boven Jer. 25:20, en Richt. 1:18, en Richt. 16:1, en Amos 1:6.

Jer 25.20 Jud 1.18 16.1 Am 1.6

3) sloeg.

Vergelijk boven Jer. 46:13.

Jer 46.13
Copyright information for DutKant