‏ Jeremiah 17:10

38) Ik, de HEERE,

Of, Ik ben HEERE, [als zijnde een antwoord op de voorgaande vraag] die het hart doorgrondt, die de nieren proeft.

39) proef de nieren;

Zie Ps. 7:10.

Ps 7.9

40) en dat,

Alzo wordt de Hebreeuwse letter vau ook gebruikt voor en dat, of zelfs, boven Jer. 15:12; Ezech. 17:9; Jo‰l. 2:12; Amos 3:11; Micha 2:10; idem Joz. 9:27; Richt. 7:22, enz.

Jer 15.12 Eze 17.9 Joe 2.12 Am 3.11 Mic 2.10 Jos 9.27 Jud 7.22

41) wegen,

Dat is, voornemen, handel en wandel. Zie Gen. 6:12.

Ge 6.12

42) naar de vrucht

Dat is, naardat zijne werken, handelingen of zijne daden vereisen. Alzo onder Jer. 21:14, en Jer. 32:19; vergelijk Spreuk. 1:31, en boven Jer. 6:19.

Jer 21.14 32.19 Pr 1.31 Jer 6.19

‏ Joel 2:12

40) tot Mij met uw ganse hart,

Hebr. tot mij toe; gelijk enigen dit nemen. Alzo wordt het Hebr. woord in deze zaak ook gebruikt; Deut. 4:30; Klaagl. 3:40; Hos. 14:2; Amos 4:6,8,9,11, betekenende [gelijk sommigen verstaan] dat God niet tevreden is met een schijn, of vliegende gedachte en een los opzet, of half hart, maar dat Hij wil hebben een oprechte afkering van het kwade en bekering tot Hem en het goede, geenzins tot afgoden of andere ijdelheden. En alzo zouden de volgende woorden, idem het scheuren der harten, en met uw ganse hart, dienen tot verklaring van den nadruk van dit woord; verg. Hos. 6:4, en hos. 7:16 met de aantekening. Doch anderen nemen het slechts voor een woord tot.

De 4.30 La 3.40 Ho 14.1 Am 4.6,8,9,11 Ho 6.4 7.16

41) en dat met vasten en met geween, en met rouwklage.

Alzo wordt de Hebr. letter Vau ook elders gebruikt, voor en dat, of zelfs. Zie Jer. 17:10, en onder Jo‰l. 2:32.

Jer 17.10 Joe 2.32

‏ Joel 2:32

101) geschieden,

Onder al de voorzegde beroerten.

102) al

Hetzij Joden of heidenen; Rom. 10:12,13.

Ro 10.12,13

103) Naam des HEEREN zal aanroepen,

Dat is, die den Heere recht dient, en in al deze zwarigheden zijn toevlucht tot Hem neemt door gelovige gebeden.

104) behouden worden;

Of, uitgered, bevrijd, en vervolgens behouden worden, van zonde, duivel en dood; en, ofschoon hij in lichamelijke ellenden mocht worden betrokken, of om Christus' naam lijden en sterven, zal hij toch hier een genadigen God in den Messias en een bestendigen troost in leven en sterven, en hierna de eeuwige zaligheid hebben.

105) Sions

Dat is, daar zal behoudenis en zaligheid zijn alleen in de ware kerk, die te dien tijde binnen Jeruzalem op den berg Zion tot den godsdienst placht te vergaderen. Zie Ps. 2:6.

Ps 2.6

106) gezegd heeft;

Tot of door mij en andere zijne profeten; [alzo in Joel 3:8], en dienvolgens zal het zekerlijk alzo geschieden, ofschoon het ten aanzien van des mensen verdiensten en krachten gans onmogelijk is.

Joe 3.8

107) en dat,

Of, te weten,. Zie van zulk een gebruik der Hebr. letter Vau, Jer. 17:10; idem Richt. 7:24; 1 Sam. 17:40, en 1 Sam. 28:3, en Joel 2:12.

Jer 17.10 Jud 7.24 1Sa 17.40 28.3 Joe 2.12

108) overgeblevenen,

De voorzegde behoudenis en ontkoming zal zijn bij degenen, die God naar de verkiezing der genade in de algemene verderving, afval en verstoktheid der wereld, voor zich zal bewaren en doen overblijven; verg. Jes. 10:22; Rom. 9:27, en Rom. 11:4,5,7, enz. Anders: mitsgaders de overgeblevenen; verstaande hier, de gelovige heidenen, en in het voorgaande de gelovige Joden.

Isa 10.22 Ro 9.27 11.4,5,7

109) roepen.

Dat is, naar zijn vrij, genadig welbehagen door zijn Woord en Geest krachtig zal trekken en brengen tot de zalige gemeenschap van den Heere Christus en van zijne kerk, beide uit Joden en heidenen; zie Joh. 6:44,65, en Joh. 10:16; Hand. 2:39; Rom. 8:30, en Rom. 9:23,24, enz.

Joh 6.44,65 10.16 Ac 2.39 Ro 8.30 9.23,24
Copyright information for DutKant